Programma 3 beleidsopgaven

De bodem en ondergrond worden zo beheerd en benut dat deze ook voor volgende generaties hun culturele, ecologische en economische kracht behouden

Inleiding

In 2024 hebben we de strategie Bodem & Ondergrond (deel 1) nader uitwerkt in deel 2 "Tactiek" met daarin de concrete operationele doelen en deel 3 ''Dynamische Uitvoerings- en Leeragenda's'' met daarin de benodigde inspanningen/projecten. Met deze drie delen is het programma compleet. Het besluitvormingsproces kan naar verwachting begin 2025 worden afgerond.
Wij hebben diverse bijdragen en adviezen gegeven aan opgaven zoals het Drents programma landelijk gebied/toekomstgerichte landbouw, water bodem sturend, natuur, bodemsanering, mijnbouw, klimaatverandering en erfgoed.
Dit ter bevordering van het duurzaam gebruik van de bodem en de ondergrond. Bijzondere aandacht blijven we houden voor de vertaling van beleid naar uitvoerbaarheid in praktijk, waar het gaat om het verlenen van toestemmingen of uitvoeren van toezicht.

De overdracht van (een deel van) onze bodemtaken naar de Drentse gemeenten per 1 januari 2024 is goed verlopen. Met de uitvoering van het project ‘warme overdracht’ waren gemeenten en waterschappen op de hoogte van de opgaven. Het deelproject ‘bodembeleid onder het omgevingsbeleid’ heeft in 2024 doorgelopen om gemeenten te ondersteunen.

Wat hebben we bereikt en wat hebben we gedaan?

Doelstelling

Omschrijving doelstelling

Status

Toelichting realisatie

3.03.01 Het bevorderen van duurzaam bodemgebruik en verantwoord gebruik van de diepe ondergrond

In 2024 werken we aan de implementatie en uitvoering van het programma Bodem en Ondergrond:
- het duurzaam bodemgebruik in de landbouw wordt bevorderd;
- het aardkundig erfgoed wordt gekoesterd en wordt waar mogelijk hersteld;
- risico’s voor mens en milieu als gevolg van chemische verontreinigingen in de bodem worden zo
veel mogelijk voorkomen;
- het duurzaam bodemgebruik in de energievoorziening wordt bevorderd, zie ook programma 6 Mijnbouw;
- duurzaam bodemgebruik in andere maatschappelijke opgaven wordt bevorderd.

Het programma Bodem & Ondergrond bestaat uit drie delen. De ‘Strategie Bodem & Ondergrond 2021’ (deel I) is op 15 december 2021 door PS
vastgesteld en vormt de basis van het Programma. Deel II ’Tactiek’ en deel III ‘Dynamische uitvoerings- & leeragenda’s’ zijn in 2024 nader
uitgewerkt.
De uitvoering van het programma Bodem & Ondergrond is later van start gegaan dan verwacht. In de loop van het jaar zijn de planning van de activiteiten en de benodigde middelen aangepast. Delen van de uitvoering van deze activiteiten lopen door naar 2025.

3.03.02 Verantwoord beheer van de stortplaatsen (Nazorgfonds)

Bij verantwoord beheer van stortplaatsen is blijvende (na)zorg nodig. De nazorg houdt in: beheer en onderhoud, periodieke vervanging van de bovenafdichting, monitoring van de grondwaterkwaliteit en bij aantreffen van verontreinigingen in het grondwater beheermaatregelen nemen om verspreiding daarvan te voorkomen.

De provincie is op grond van de Wet milieubeheer (Wm) verantwoordelijk voor de eeuwigdurende nazorg van stortplaatsen waar op of na 1 september 1996 nog afval is gestort. De Provincie Drenthe draagt deze verantwoordelijkheid voor twee stortplaatsen, Meisner Noord-Drenthe BV te Ubbena (in eigendom bij SITA Holding) en Attero B.V. te Wijster.
Het doel van de nazorgregeling in de Wm is om zeker te stellen dat bestaande en nieuwe stortplaatsen, die voldoen aan de eisen van het Stortbesluit bodembescherming, ook na sluiting tot in lengte van jaren aan hetzelfde beschermingsniveau blijven voldoen, zodat zij geen risico voor verontreiniging van de bodem vormen. Dekking van de kosten voor de desbetreffende nazorg vindt plaats door middel van een door u ingestelde heffing die de provincie gedurende de exploitatiefase van de stortplaats aan de exploitant oplegt. Deze heffing wordt vastgesteld aan de hand van het doelvermogen dat op grond van een door de exploitant ingediend nazorgplan wordt berekend.
Beoordeling van nazorgplannen en berekening van het doelvermogen vindt plaats aan de hand van in IPO-verband opgestelde modellen en controlelijsten.

Het provinciale beleid is erop gericht de heffing toereikend te laten zijn om de eeuwigdurende nazorg van gesloten stortplaatsen te bekostigen. Het tarief voor 2024 wordt via de belastingverordening provincie Drenthe bepaald aan de hand van de vastgestelde jaarrekening van het Nazorgfonds provincie Drenthe 2023.

Het nazorgplan voor de stortplaats te Wijster is geactualiseerd. De beoogde sluitingsdatum is 1 januari 2055. Het doelvermogen bedraagt op de sluitingsdatum € 62.087.183. Het aanwezige fondsvermogen per 31 december 2023 was hoger was dan de benodigde contante waarde van het doelvermogen per 31 december 2023. Dit heeft geresulteerd in een terugbetaling aan Attero.
Op de stortplaats Ubbena is de nazorg uitgevoerd op basis van het vastgestelde nazorgplan.
In 2024 is de zogenaamde Asset Liability Management-studie (ALM-studie) afgerond. Met een ALM-studie worden toekomstige financiële positie en risico’s die de provincie loopt (in het Nazorgfonds) inzichtelijk gemaakt. Het doel is om te komen tot een beleggingsportefeuille voor het Nazorgfonds, waarmee de kans het grootst is om de doelstellingen te behalen.
In IPO-verband streven wij naar een uniforme methodiek voor de bepaling van de rekenrente voor de berekening van doelvermogens voor de eeuwigdurende nazorg van stortplaatsen en het streven naar één landelijk beleggingsfonds. Het is een complexe materie. Definitieve besluitvorming en implementatie zal naar verwachting nog enige tijd op zich laten wachten

3.03.03 Een verantwoorde winning van de oppervlaktedelfstoffen en uitvoering van functionele ontgrondingen

De winning en de uitvoering vinden plaats binnen de wettelijke en provinciale kaders.
Bij de vergunningverlening vindt een integrale belangenafweging plaats op basis van de doelen van het omgevingsbeleid. Zandwinning is uitsluitend toegestaan om te voorzien in de feitelijke behoefte aan beton- en metselzand en ophoogzand.
Wij werken alleen mee aan nieuwe zandwinningen, wanneer die na exploitatie multifunctioneel zijn en ruimtelijke kwaliteit hebben. Zandwinning wordt zo veel mogelijk geconcentreerd in een beperkt aantal (centrale) zandwinplaatsen, verspreid over de provincie. Functionele ontgrondingen zijn alleen toegestaan indien dit strikt noodzakelijk is, passend in het landschap en passend bij het gewenste doel.

Aan de doelstellingen is in 2024 voldaan. Wel hebben we steeds meer te maken met complexe aanvragen die meer specialistische kennis vragen.

3.03.04 Uitvoeren meerjarenprogramma bodem en ondergrond (2021-2025): sanering en voorkomen nieuwe saneringslocaties

Voor een gezonde leefomgeving is een goede chemische kwaliteit van de bodem en grondwater van belang. We streven ernaar om de bodem en ondergrond, inclusief het grondwater, te beschermen tegen nieuwe verontreinigingen. Wij spannen ons ervoor in dat zeer zorgwekkende stoffen (zoals PFAS) en opkomende verontreinigingen niet in de bodem en ondergrond terecht komen. De resterende historische bodemverontreinigingen worden doelmatig beheerd en onaanvaardbare verspreidingsrisico’s worden aangepakt door te saneren of door (gebiedsgericht) beheer van de verontreinigingen.
Hiervoor voeren we de volgende acties uit:
- opheffen en voorkomen van risico’s op de locaties waar historische bodemverontreiniging (inclusief grondwater) leidt of kan leiden tot onaanvaardbare risico’s;
- aantasting van de bodemkwaliteit door verontreinigingen opheffen;
- aantasting van de bodemkwaliteit door nieuwe verontreinigingen voorkomen.

Op alle locaties waar historische bodemverontreiniging (inclusief grondwater) leidt of kan leiden tot onaanvaardbare risico’s, zijn inmiddels saneringen in uitvoering of zijn beheermaatregelen ingesteld om de risico's op te heffen en te voorkomen. De uitvoering van deze maatregelen kent een lange looptijd.
Onze inspanningen gericht op het voorkomen van verontreinigingen hebben niet kunnen voorkomen dat zeer zorgwekkende stoffen (ZZS, zoals PFAS) en opkomende verontreinigingen in de Drentse bodem terecht zijn gekomen. Op deze locaties -zoals brandweeroefenplaatsen- zijn bodemonderzoeken in uitvoering om de ernst en omvang te bepalen. Daarna zullen maatregelen worden voorbereid om de risico's van de vervuiling weg te nemen.

Welke feiten en cijfers zijn er?

Voor dit programma wordt gemonitord op de volgende onderdelen: 

  • Objectieve gegevens: 
  • Voortgang strategische doelen (ingezette middelen vs raming). 
  • Voortgang operationele doelen en onderliggende inspanningen (ingezette middelen vs raming, tijd en status van de inspanningen). 
  • Niet objectieve gegevens: 
  • Tijdlijn van belangrijke momenten met betrekking tot Bodem & Ondergrond.
  • Leeragenda's op basis van de uitgevoerde onderzoeken. 

Wat heeft deze beleidsopgave gekost?

3.03 De bodem en ondergrond worden zo beheerd en benut dat deze ook voor volgende generaties hun culturele, ecologische en economische kracht behouden

Primitieve begroting

Begroting na wijziging

Realisatie

Verschil

Lasten

220.858

2.052.805

1.749.184

303.621

Doelstelling 3.03.01 Het bevorderen van duurzaam bodemgebruik en verantwoord gebruik van de diepe ondergrond

168.500

1.038.500

718.714

319.786

Doelstelling 3.03.04 Uitvoeren meerjarenprogramma bodem en ondergrond (2021-2025): sanering en voorkomen nieuwe saneringslocaties

52.358

1.014.305

1.030.470

-16.165

Baten

-37.500

-736.647

-1.102.801

366.154

Doelstelling 3.03.03 Een verantwoorde winning van de oppervlaktedelfstoffen en uitvoering van functionele ontgrondingen

-37.500

-37.500

-54.635

17.135

Doelstelling 3.03.04 Uitvoeren meerjarenprogramma bodem en ondergrond (2021-2025): sanering en voorkomen nieuwe saneringslocaties

0

-699.147

-1.048.166

349.019

Saldo

183.358

1.316.158

646.382

669.776

Ontwikkelingen

In 2024 zijn we voor de uitbreiding van twee centrale zandwinningen begonnen met de voorbereiding van de mer-procedure. Naar verwachting zullen in 2025 de aanvragen voor beide uitbreidingen in behandeling worden genomen. Bodem blijft een cruciale bouwsteen voor regionale ontwikkelingen zoals ook in de kamerbrief Water & Bodem Sturend (WABOS) staat vermeld.

Nieuwe verontreinigingen en aantasting worden voorkomen door gebruik van de zorgplichten en (algemene) regels voor burgers en bedrijven. Ondanks de milieumaatregelen kunnen nieuwe verontreinigingen ontstaan met risico’s voor mens of milieu. De laatste jaren wordt steeds duidelijker dat emissies van stoffen zoals zeer zorgwekkende stoffen (o.a. PFAS) de kwaliteit van bodem en grondwater aantasten en schadelijk kunnen zijn voor de ecologie en onze gezondheid. De nieuwe verontreinigingen worden zo spoedig mogelijk aangepakt om (verdere) risico’s te voorkomen.

Deze pagina is gebouwd op 04/23/2025 11:38:54 met de export van 04/23/2025 11:32:43