Algemene grondslagen voor waardering en resultaatbepaling
De jaarrekening is opgesteld met inachtneming van de voorschriften zoals opgenomen in het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) en gelet op artikel 216 van de Provinciewet en de Financiële Verordening Drenthe 2024, waarin Provinciale Staten op 23 april 2024 de uitgangspunten voor het financiële beleid, alsmede de regels voor het financiële beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie hebben vastgesteld (Statenstuk 2024-625).
Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening
Waardering van passiva en activa alsmede de bepaling van het resultaat vinden in principe plaats op basis van historische kosten. Activa en passiva zijn opgenomen tegen nominale waarde. Baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop ze betrekking hebben, onverschillig of ze tot inkomsten of uitgaven in dat jaar hebben geleid. Baten en lasten worden daarbij verantwoord tot een brutobedrag. De waarderingsgrondslagen per balansonderdeel worden in het vervolg van deze jaarrekening toegelicht.
Vaste activa
Vaste activa zijn bedoeld om de uitoefening van de werkzaamheden van de provincie duurzaam te dienen.
Algemeen
Hieronder is bij diverse onderdelen van de vaste activa een toelichting gegeven. Alle bedragen in de tabellen van deze paragraaf zijn gedeeld door € 1.000,--.
Immateriële vaste activa
Het BBV kent drie soorten immateriële vaste activa:
- de kosten die zijn verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio;
- de kosten van onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief;
- de bijdragen aan activa in eigendom van derden.
De immateriële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de oorspronkelijke verkrijgingsprijs (de inkoopprijs en de bijkomende kosten) of vervaardigingsprijs (de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige directe kosten), verminderd met de ontvangen subsidies en bijdragen van derden, de jaarlijkse afschrijvingslasten en afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen. Duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen.
Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen
De notitie Materiële vaste activa (MVA) 2020 van de commissie BBV laat de keuze open om kosten van het sluiten van geldleningen wel of niet te activeren. Provincie Drenthe heeft ervoor gekozen om deze kosten niet te activeren maar rechtstreeks ten laste van het resultaat te brengen, omdat de kosten ten opzichte van de investeringsgrens van € 50.000,-- gering zijn.
Kosten van onderzoek en ontwikkeling voor het realiseren van een bepaald actief
Het BBV stelt dat kosten voor onderzoek en ontwikkeling mogen worden geactiveerd. Provincie Drenthe heeft ervoor gekozen om kosten van onderzoek en ontwikkeling voor het realiseren van een bepaald actief niet te activeren. Kosten van onderzoek en ontwikkeling voor het realiseren van een bepaald actief moeten niet verward worden met voorbereidingskosten uitvoeringsfase. Deze kosten behoren tot de vervaardigingskosten van het actief en worden daarom meegenomen in de investering en volgen daarmee de afschrijvingstermijn van de betreffende investering.
Bijdragen aan activa in eigendom van derden
Deze kosten worden geactiveerd als aan de volgende vereisten is voldaan.
- Er is sprake van een investering door een derde.
- De investering draagt bij aan de publieke taak.
- De derde heeft zich verplicht tot het daadwerkelijk investeren op een wijze zoals is overeengekomen.
- De bijdrage kan door de provincie worden teruggevorderd, indien de derde in gebreke blijft of de provincie anders recht kan doen gelden op de activa die samenhangen met de investering.
Op de geactiveerde bijdragen aan activa in eigendom van derden wordt afgeschreven, waarbij de afschrijvingsduur maximaal gelijk is aan de verwachte gebruiksduur van de activa waarvoor de bijdrage aan derden wordt verstrekt. Provincie Drenthe hanteert volgens de financiële verordening een afschrijvingstermijn van maximaal 15 jaar.
Bijdragen aan activa in eigendom van derden
De bijdragen in activa in eigendom van derden zijn als volgt te specificeren:
(x € 1.000,--) | Boekwaarde | Inves- teringen | Desinves- teringen | Afschrij- vingen | Bijdragen van derden | Afwaar- deringen | Boek- |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Bijdragen aan activa in eigendom van derden | 8.135 | 1.504 | 1.742 | 7.897 | |||
Totaal | 8.135 | 1.504 | 1.742 | 0 | 7.897 | ||
* Er heeft een categorieverschuiving plaatsgevonden bij de boekwaarde per 1-1-2024 van 85 |
Materiële vaste activa
Materiële vaste activa zijn fysiek aanwezige activa. Het BBV kent de volgende soorten materiële vaste activa:
- investeringen met een economisch nut;
- investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven;
- investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut.
Investeringen hebben een economisch nut indien ze verhandelbaar zijn en/of ze kunnen bijdragen aan het genereren van middelen. Alle investeringen met een economisch nut worden geactiveerd. Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut worden geactiveerd en over de gebruiksduur afgeschreven.
Met ingang van 1 januari 2015 geldt voor natuurruilgronden dat deze worden gewaardeerd op basis van de verkrijgingsprijs of de lagere marktwaarde. De natuurruilgronden die onder de materiële vaste activa zijn verantwoord, betreffen gronden die tijdelijk in bezit van provincie Drenthe zijn. Het grootste gedeelte van deze voorraad blijft gedurende een langere periode in bezit en wordt in de tussentijd beheerd (verpacht aan de boeren, ingericht als natuur).
De materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de oorspronkelijke verkrijgingsprijs (de inkoopprijs en de bijkomende kosten) of vervaardigingsprijs (de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige directe kosten), verminderd met de ontvangen subsidies en bijdragen die direct gerelateerd zijn aan het actief, de jaarlijkse afschrijvingslasten en afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen. Duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen.
Ten aanzien van investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut geldt tot aan investeringsdatum 31 december 2016 dat eventuele bijdragen uit de reserves in mindering zijn gebracht op deze investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut. Ten aanzien van investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven, geldt dat vanuit de spaarcomponent van heffingen gevormde voorzieningen voor toekomstige vervangingsinvesteringen met economisch nut in mindering zijn gebracht op de in het boekjaar gepleegde investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing is geheven. Over het resterende bedrag wordt afgeschreven. De op de oorspronkelijke verkrijgings- of vervaardigingsprijs toegepaste jaarlijkse afschrijvingen corresponderen met een stelsel dat is afgestemd op de verwachte toekomstige gebruiksduur (kortste van de geschatte economische levensduur óf technische gebruiksduur) van de geactiveerde objecten en voorzieningen. De gehanteerde afschrijvingstermijnen kennen hun basis in de Financiële Verordening Drenthe 2024.
De afschrijvingen worden berekend volgens de lineaire of de annuïteitenmethode. Afschrijvingen geschieden daarnaast onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar. Met afschrijven wordt begonnen in het begrotingsjaar dat volgt op het jaar waarin het actief technisch en financieel gereed is gekomen / is verworven. Op grond wordt niet afgeschreven, tenzij de grond deel uitmaakt van een investering in de openbare ruimte met maatschappelijk nut.
Door wijziging in het BBV (Notitie Materiële vaste activa) mogen met ingang van 2018 de lonen die ingezet zijn voor investeringen, per saldo niet meer worden verantwoord als lasten in de exploitatie. Het gaat hierbij om de directe projectkosten. Die lonen worden ten laste gebracht van investeringsprojecten. Bij overhead heb je een keuzevrijheid. We hebben ervoor gekozen om de overheadkosten niet toe te rekenen aan investeringen.
Duurzame waardevermindering van vaste activa
Afwaardering van bedrijfseconomisch vastgoed vindt plaats indien de directe opbrengstwaarde lager is dan de boekwaarde. Lagere taxatiewaarden dan de boekwaarden van onroerende zaken zijn hierbij als duurzame waardedaling in aanmerking genomen. Afwaardering van maatschappelijk vastgoed vindt plaats indien de directe opbrengstwaarde lager is dan de boekwaarde en er ten opzichte van de huidige functie geen (bestuurlijke) intentie is voor duurzame exploitatie. Eventuele boekwinsten bij inruil of afstoting van een kapitaalgoed zijn als incidentele baten in de jaarrekening verwerkt.
Buiten gebruik gestelde vaste activa
Indien een vast actief buiten gebruik is gesteld, heeft op het moment van buitengebruikstelling een afwaardering van de boekwaarde plaatsgevonden naar de lagere restwaarde .
Afschrijvingen
De voornaamste investeringen met de afschrijvingstermijnen zijn hieronder weergegeven.
Investering | Afschrijvingstermijn (in jaren) |
---|---|
Gronden en terreinen | |
Gronden en terreinen | n.v.t. |
Woonruimten | 50 |
Gebouwen (grote verbouwing: aansluiten bij restant afschrijving) | 50 |
Verbouwing/revitalisering/aanpassingen | 20 |
Grond-, weg- en waterbouwkundige werken | |
Sluizen | 80 |
Sluisdeur van composiet | 100 |
Sluisdeur van staal | 80 |
Sluisdeur van hout | 50 |
Kunstwerk (viaduct, tunnels en duikers) | 80 |
Bruggen (vast) | 80 |
Bruggen (beweegbaar) | 80 |
Voorzieningen bij waterwegen (o.a steigers) | 30 |
Remmingen en geleidewerken (hout) bij bruggen | 30 |
Bedienpost t.b.v. de scheepvaart | 10 |
Glasvezel ten behoeve van het bedienen op afstand | 10 |
Oeverbescherming van beton | 80 |
Oeverbescherming van hout | 50 |
Oeverbescherming van staal | 30 |
Aanleg wegen (wegen, rotondes, verkeersdrempels en dergelijke) | 20 |
Machines, apparaten en installaties | |
Machines, apparaten en installaties lang | 30 |
Machines, apparaten en installaties middel | 15 |
Machines, apparaten en installaties kort | 10 |
Vervoermiddelen | |
Auto's | 5 |
Overige materiële vaste activa | |
Losse inventaris (stoelen, bureau, kasten, etc.) | 10 |
Vaste inventaris (sanitair, keukeninrichting, etc.) | 10 |
Isolatieglas | 20 |
Informatisering | |
Audio/videoapparatuur en telefooncentrale | 8 |
Multimedia, beveiligingsscamera's | 5 |
Hardware | 4 |
Software | 4 |
Tablets | 4 |
Smartphones | 2 |
Immateriële vaste activa | |
Immateriële activa | 5 |
m.u.v. bijdragen aan activa in eigendom van derden (maximaal) | 15 |
Software wordt tegenwoordig veel in gebruik genomen in de vorm van een SaaS oplossing. In dat geval is er geen sprake van het verkrijgen van een actief ( een investering met economisch nut) omdat het bij SaaS gaat om dienstverlening in de vorm van een abonnement waarmee wordt ingelogd bij de dienstverlener. Deze dienstverlener heeft de activa zowel juridisch als economisch in bezit. Dit betekent dat ook de implementatiekosten behorende bij de implementatie van een SaaS oplossing niet geactiveerd mogen worden. Er is geen sprake van een verkrijgingsprijs en daarom zijn de kosten ook niet als bijkomende kosten te kwalificeren.
De lasten samenhangend met de uitvoering van klein en groot onderhoud en het baggeren van watergangen zijn niet levensduur verlengend en zijn daarom niet geactiveerd, maar direct ten laste van de exploitatie of de gevormde voorziening gebracht. Op alle kapitaalgoederen die gereed komen of verworven worden gedurende een boekjaar, worden in het jaar na gereedkomen de afschrijvingen berekend.
In erfpacht uitgegeven gronden worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs, waarbij de uitgifteprijs van eerste uitgifte (op basis van de benaderde marktgrondwaarde) geldt als verkrijgingsprijs. Gronden in eeuwigdurende erfpacht worden gewaardeerd tegen (een zeer lage) registratiewaarde. Duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen.
Het onderstaande overzicht geeft het verloop weer van de materiële vaste activa.
(x € 1.000,--) | Boekwaarde 01-01-2024 | Inves- teringen | Desinves- teringen | Afschrij- vingen | Bijdragen van derden | Afwaar- deringen | Boekwaarde 31-12-2024 |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Investeringen met economisch nut | |||||||
Gronden en terreinen | 120.895 | 18.572 | 5.382 | 134.085 | |||
Bedrijfsgebouwen | 0 | 0 | |||||
Machines, apparaten en installaties | 3.480 | 1.305 | 1.379 | 3.406 | |||
Totaal | 124.375 | 19.877 | 5.382 | 1.379 | 0 | 0 | 137.491 |
* Er heeft een categorieverschuiving plaatsgevonden bij de boekwaarden per 1-1-2024 van 1 |
(x € 1.000,--) | Boek- | Inves- teringen | Desinves- teringen | Afschrij- vingen | Bijdragen van derden | Afwaar- deringen | Boek- |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut vanaf 1-1-2017 (“nieuwe” wetgeving) | |||||||
Grond-, weg- en waterbouwkundige werken | 46.286 | -1.594 | 334 | 8.145 | 36.213 | ||
Bedrijfsgebouwen | 4.113 | 1.731 | 80 | 5.764 | |||
Machines, apparaten en installaties | 1.080 | 2.721 | 58 | 3.744 | |||
Totaal | 51.479 | 2.858 | 0 | 472 | 8.145 | 0 | 45.721 |
(x € 1.000,--) | Boek- | Invest- eringen | Desinves- teringen | Afschrij- vingen | Bijdragen van derden | Afwaard- eringen | Boek- |
Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut tot 1-1-2017 (“oude” wetgeving)) | |||||||
Grond-, weg- en waterbouwkundige werken | 101.034 | 20.232 | 3.895 | 112 | 544 | 116.716 | |
Bedrijfsgebouwen | 17.469 | 924 | 16.545 | ||||
Machines, apparaten en installaties | 2.052 | 741 | 1.310 | ||||
Totaal | 120.555 | 20.232 | 0 | 5.560 | 112 | 544 | 134.571 |
Totaal investeringen met maatschappelijk nut | 172.035 | 23.090 | 0 | 6.032 | 8.257 | 544 | 180.291 |
* Er heeft een categorieverschuiving plaatsgevonden bij de boekwaarden per 1-1-2024 van 84 |
Investeringen met economisch nut
Investeringen hebben een economisch nut indien ze verhandelbaar zijn en/of kunnen bijdragen aan het genereren van middelen.
Investeringen met maatschappelijk nut voor en vanaf 2017
Vanaf 1 januari 2017 is de keuzemogelijkheid ten aanzien van het wel of niet activeren van investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut vervallen. Vanaf 1 januari 2017 dienen alle investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut geactiveerd te worden en over de gebruiksduur te worden afgeschreven. Deze investeringen mogen niet meer rechtstreeks worden verrekend met reserves. Bij de provincie Drenthe activeerden we ook voor 2017 al deze investeringen, maar volgens de BBV-voorschriften dienen we de splitsing vanaf 2017 apart zichtbaar te maken bij de toelichting op de balans.
Desinvesteringen
Er zijn geen desinvesteringen geweest in 2024, behalve verkoop ruilgronden.
Afwaarderingen
Er heeft een afwaardering geweest van € 544.000,-- omdat de brugdek Pijlebrug, die in 2017 was vervangen, mankementen vertoonde waardoor het opnieuw vervangen moest worden. Omdat de oude brugdek niet meer aanwezig is, moest die worden afgewaardeerd.
Verloop investeringen
De boekwaarde van de materiële vaste activa is ten opzichte van 31 december 2024 toegenomen met € 21,4 miljoen. De loontoerekening van eigen personeel aan investeringsprojecten bedroeg € 1,3 miljoen in 2024. De boekwaarde van de ruilgronden is gestegen met € 13,2 miljoen en die van grond-, weg- en waterbouwkundige werken met € 5,6 miljoen. De boekwaarde van de investeringen in bedrijfsgebouwen is gestegen met € 0,7 miljoen en die van machines, apparaten en installaties is gestegen met € 1,9 miljoen.
Verder verwijzen we naar paragraaf III.1.1 Investeringen voor een specificatie van de investeringen en de bijbehorende kredieten.
De Provincie Drenthe kent geen investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven. Onder de categorie gronden en terreinen is het, in het kader van het natuurpact voor nul euro, overgedragen voormalig rijksbezit van Bureau Beheer Landbouwgronden (BBL) verantwoord: de nieuwe verwerving van ruil- en natuurgronden (terreinen binnen het Natuurnetwerk Nederland (NNN)) minus de verkochte ruilgronden en terreinen binnen het NNN aan terreinbeheerders en/of particulieren. De boekwaarde van de gronden bedraagt op 31 december 2024 € 134,1 miljoen. Wij verwijzen u verder naar de paragraaf Grondbeleid voor een nadere toelichting op deze grondpositie.
Financiële vaste activa
Het BBV kent de volgende soorten financiële vaste activa:
- kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen, gemeenschappelijke regelingen en overige verbonden partijen;
- leningen aan openbare lichamen, woningbouwcorporaties, deelnemingen en overige verbonden partijen;
- overige langlopende leningen;
- uitzettingen in ‘s Rijksschatkist met rentetypische looptijd van één jaar of langer;
- uitzettingen in de vorm van Nederlands schuldpapier met een rentetypische looptijd van één jaar of langer;
- overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer.
De financiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de oorspronkelijke verkrijgingsprijs (de inkoopprijs en de bijkomende kosten), verminderd met de jaarlijkse aflossingen, afschrijvingslasten en afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen. Duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen. Waar nodig is een voorziening gevormd voor verwachte oninbaarheid of incourantheid van de verstrekte lening. Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s (kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Indien de marktwaarde van de aandelen daalt tot onder de verkrijgingsprijs, vindt afwaardering naar deze lagere marktwaarde plaats.
Het onderstaande overzicht geeft het verloop weer van de financiële vaste activa.
(x € 1.000,--) | Boekwaarde 1-1-2024 | Inves- teringen | Desinves- teringen | Afschrij- vingen/ aflossingen | Waardever-meerdering | Boekwaarde 31-12-2024 |
---|---|---|---|---|---|---|
Kapitaalverstrekkingen aan: | ||||||
- deelnemingen | 32.742 | 32.742 | ||||
Totaal kapitaalverstrekkingen | 32.742 | 0 | 32.742 | |||
(x € 1.000,--) | Boekwaarde 1-1-2024 | Inves- teringen | Desinves- teringen | Afschrij- vingen/ aflossingen | Doorgevoerde waardever-mindering | Boekwaarde 31-12-2024 |
Leningen aan: | ||||||
- openbare lichamen | 20.000 | 20.000 | 0 | |||
- deelnemingen | 18.269 | 2.500 | 20.769 | |||
- Overige langlopende leningen | 85.871 | 4.129 | 10.964 | 79.036 | ||
- Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer | 0 | 0 | ||||
Totaal overige langlopende leningen/Obligaties | 124.140 | 6.629 | 30.964 | 0 | 99.805 |
Kapitaalverstrekkingen en deelnemingen
De provincie Drenthe bezit belangen in diverse instellingen. Deze effecten zijn bestemd om duurzaam ten dienste van de eigen bedrijfsuitoefening te staan. De volgende belangen zijn per 31 december 2024 in het bezit van provincie Drenthe.
Specificatie deelnemingen | |||||
---|---|---|---|---|---|
(Bedragen: x € 1.000,--) | Aantal | Intrinsieke waarde | Boekwaarde per 31-12-2024 | Stille reserve | Nominale waarde |
BNG Bank NV | 87.750 | 7.439 | 199 | 7.240 | 219 |
Groningen Airport Eelde | 2.760 | 2.798 | 0 | 2.798 | 1.242 |
Nederlandse Waterschapsbank NV | 40 | 1.389 | 4 | 1.385 | 5 |
Enexis Holding NV | 3.549.845 | 126.161 | 4.323 | 121.838 | 3.550 |
CSV Amsterdam BV | 45.621 | 2 | 0 | 2 | - |
N.V. NOM, Investerings- en Ontwikkelingsmaatschappij voor Noord-Nederland | 19.062 | - | 28.097 | - | 8.650 |
WMD Drinkwater NV | 973 | 28.214 | 18 | 28.196 | 49 |
Drentse Holding BV (MKB Fonds Drenthe) | 100 | 6.125 | 100 | 6.025 | 100 |
Totaal | 172.127 | 32.742 | 167.483 | 13.815 |
De dividendopbrengsten moeten worden verantwoord in het jaar waarin het recht op het ontvangen van dividend ontstaat. Omdat de algemene vergadering van aandeelhouders pas in het jaar t+1 beslist over het dividend, wordt het toegekende dividend verantwoord in de jaarrekening van het jaar t+1. Op basis hiervan is het dividend over 2023 opgenomen, dat in 2024 is toegekend (en ontvangen). De aandelen zijn op de balans opgenomen tegen de verkrijgingsprijs. Bij CSV Amsterdam BV is geen boekwaarde vermeld omdat de verkrijgingsprijs van het aandelenpakket één euro was. Ook bij Groningen Airport Eelde is er geen boekwaarde. Om inzicht te geven in een reëlere waarde is tevens de stille reserve die in de waarde van de aandelen verscholen zit, aangegeven. Deze waarde is berekend door rekening te houden met de intrinsieke waarde van de deelnemingen en de verhouding van het aandelenbezit van de provincie ten opzichte van de andere aandeelhouders.
De Algemene Vergadering van Aandeelhouders (AVA) van Publiek Belang Elektriciteitsproductie BV heeft op 25 april 2024 het besluit genomen om de vennootschap te liquideren en is de vennootschap ontbonden. Om deze reden is Publiek Belang Elektriciteitsproductie BV niet meer in het bovenstaand overzicht opgenomen.
Aandelen NOM
Op grond van de (concept)jaarcijfers 2024 van N.V. NOM blijkt als gevolg van een hogere waardering van de portefeuille van deelnemingen/participaties van de NOM, dat de marktwaarde van het aandeel van de provincie in de NOM ultimo 2024 hoger is dan de oorspronkelijke verkrijgingsprijs/agiostorting (€ 28,1 miljoen). Daardoor hoeft er geen voorziening getroffen worden vanwege de lagere marktwaarde.
Leningen aan openbare lichamen (artikel 1 van de wet fido)
De door de provincie verstrekte geldleningen aan openbare lichamen, als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Wet financiering decentrale overheden (fido) zijn als volgt te specificeren.
Specificatie leningen aan openbare lichamen | |||||
(x € 1.000,--) | Stand | Verstrekte leningen | Aflossing | Stand | Rente |
---|---|---|---|---|---|
Gemeente Amsterdam | 10.000 | 0 | 10.000 | 0 | 1,202% |
Gemeente Velsen | 10.000 | 0 | 10.000 | 0 | 1,58% |
Totaal | 20.000 | 0 | 20.000 | 0 | |
De door de provincie verstrekte geldleningen aan deelnemingen zijn als volgt te specificeren. |
Overige langlopende leningen en uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer
De door de provincie verstrekte overige langlopende geldleningen zijn als volgt te specificeren.
Specificatie verstrekte leningen | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
(x € 1.000,--) | Stand 1 januari 2024 | Verstrekte leningen | Aflossing | Afwaardering | Omzetting | Stand 31 december 2024 | Rente |
Hypotheken ambtenaren | 1.882 | 445 | 1.436 | ||||
Coöperatie "Agrarische Natuur Drenthe" U.A. | 300 | 50 | 250 | 0,00% | |||
Coöperatie Glasvezel Noord U.A. (fase 1, wit) | 2.824 | 2.824 | 0 | 0,81% | |||
Coöperatie Glasvezel Noord U.A. (fase 1, grijs) | 385 | 385 | 0 | 3,99% | |||
Coöperatie Glasvezel Noord U.A. (fase 2, wit) | 3.446 | 3.446 | 0 | 0,63% | |||
Coöperatie Glasvezel Noord U.A. (fase 2, grijs) | 582 | 582 | 0 | 3,69% | |||
Coöperatie Kredietunie Drenthe-Overijssel U.A. | 40 | 5 | 35 | 3,00% | |||
Glasvezel De Wolden B.V. (lening 1) | 7.800 | 488 | 7.313 | 0,80% | |||
Glasvezel De Wolden B.V. (lening 2) | 990 | 62 | 928 | 1,42% | |||
Glasvezel Zuidenveld B.V. | 5.297 | 303 | 4.993 | 0,65% | |||
RE-NET Hoogeveen B.V. | 3.400 | 400 | 3.000 | 0,82% | |||
Steunstichting Domus DuMus | 30 | 30 | 0 | 0,00% | |||
Stichting Drentse Energie Organisatie (Energiefonds Drenthe) - lening 1 | 39.200 | 39.200 | 0,00% | ||||
Stichting Drentse Energie Organisatie (Energiefonds Drenthe) - lening 2 | 0 | 1.000 | 1.000 | 2,00% | |||
Stichting Drentse Energie Organisatie (Energiefonds Drenthe) - lening 3 | 1.500 | 500 | 2.000 | 0,00% | |||
Stichting Groenfonds (Ontwikkelfonds Energiecoöperaties) | 1.200 | 1.200 | 0,00% | ||||
Stichting Maatschappij van Weldadigheid | 570 | 48 | 523 | 2,00% | |||
Stichting Toeristische Promotie Zuid West Drenthe | 40 | 40 | 0 | 0,00% | |||
Stichting Valthermond.NU | 0 | 100 | 100 | 0,00% | |||
Stichting Van Gogh en Drenthe | 150 | 95 | 55 | 0,00% | |||
Vekoglas B.V. | 106 | 10 | 97 | 0,67% | |||
Vereniging CPO Gees - Klimopschool | 13 | 10 | 3 | 0,00% | |||
Nationaal Restauratiefonds | 6.226 | 2.002 | 539 | 7.690 | 1,50% | ||
Stichting RTV Drenthe | 1.293 | 1.293 | 0,75% | ||||
Verwijdering asbestdaken Drenthe | 5.632 | 527 | 453 | 5.706 | |||
Maatwerklening asbestregeling | 701 | 701 | |||||
Verzilverlening asbestregeling | 182 | 20 | 162 | ||||
Zonneleningen (via SVn) | 2.082 | 730 | 1.352 | ||||
85.871 | 4.129 | 10.964 | 0 | 0 | 79.036 |
Vlottende activa
Hieronder wordt bij de diverse onderdelen van de vlottende activa een toelichting gegeven.
Vlottende activa
Voorraden
(x € 1.000,--) | Boekwaarde | Boekwaarde |
---|---|---|
31-12-2023 | 31-12-2024 | |
Onderhanden werk voor derden | - | 169 |
Gereed product en handelsgoederen | 807 | 807 |
Voorraad VVV-bonnen | 3 | 4 |
Totaal voorraden | 810 | 981 |
De voorraden zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs.
Onderhanden werk voor derden
Er is in 2019 een Bestuursovereenkomst afgesloten tussen provincie Drenthe en gemeente De Wolden. De provincie Drenthe zou als penvoerder werkzaamheden uitvoeren voor de gemeente in het kader van Duurzaam Veilig. Echter door aanpassingen aan de scope van het project “N375 Duurzaam Veilig” is er een nieuwe situatie ontstaan. De diverse verkeersmaatregelen komen nu in eigendom van de provincie Drenthe. Deze verkeersmaatregelen zijn in het jaar 2024 ondergebracht in het investeringsproject: “Maatregelen N375 Duurzaam Veilig” bij de provincie Drenthe.
Gereed product en handelsgoederen
Volgens de BBV-voorschriften moeten gebouwen die in de verkoop staan onder de voorraden worden verantwoord. In 2022 is Huize Tetrode in de verkoop gezet. Dit pand is begin 2025 verkocht (onder voorbehoud van financiering). De verwachting is dat in april 2025 de overdracht zal plaatsvinden. Ook bevat deze balanspost een perceel in Dalen, dat tijdelijk is aangekocht als opslag van zandwinning voor investeringen in wegen. Hiervoor is een nieuwe taxatie gedaan in 2024, waarbij de taxatiewaarde hoger is dan de boekwaarde.
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar
De uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening gevormd. Deze voorziening wordt statisch bepaald. De post Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar wordt onderscheiden in:
(x € 1.000,--) | Stand 31 december 2024 | Voorziening oninbaarheid | Boekwaarde 31 December 2024 | Stand 31 december 2023 |
---|---|---|---|---|
Vorderingen op openbare lichamen | 29.292 | 142 | 29.150 | 22.847 |
Rekening-courantverhoudingen met het Rijk | 381.762 | 381.762 | 135.013 | |
Rekening-courantverhoudingen overige niet-financiële instellingen | 15.250 | 15.250 | 22.061 | |
Overige vorderingen | 1.387 | 59 | 1.328 | 3.715 |
Totaal | 427.691 | 201 | 427.490 | 183.636 |
Rekening-courantverhoudingen met het Rijk
Het saldo dat in 's Rijks schatkist wordt aangehouden (verplicht schatkistbankieren) is in 2024 gestegen met € 247 miljoen door voornamelijk ontvangen gelden voor specifiek uitkeringen.
Rekening-courantverhoudingen overige niet-financiële instellingen
Dit zijn de middelen die Prolander (Drenthe gelden) aanhoudt bij het Schatkistbankieren en de middelen van de provincie Drenthe die zijn uitgezet bij het Nationaal Restauratiefonds (NRF), Stimuleringsfonds Volkshuisvesting (SVN) en het Groenfonds. De reden dat die middelen hier gepresenteerd worden, is dat het directe opeisbaarheid langer duurt dan bij liquide middelen.
Schatkistbankieren
Drempelbedrag
De overtollige liquide middelen die niet voor de uitoefening van de publieke taak ingezet worden, moeten conform de Wet fido aangehouden worden bij het Rijk (verplicht schatkistbankieren). Er zijn echter enkele uitzonderingen. Eén daarvan is het drempelbedrag. Het drempelbedrag is het maximale bedrag dat over een heel kwartaal gezien gemiddeld op dagbasis buiten de schatkist mag worden gehouden. Het drempelbedrag is bedoeld om het dagelijkse kasbeheer te vereenvoudigen: niet elke laatste euro hoeft elke dag naar de schatkist te worden overgeboekt. Alleen de middelen die het drempelbedrag te boven gaan moeten in de schatkist worden aangehouden. Het drempelbedrag was in 2024 circa € 7,5 miljoen.
Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren
De berekening van de benutting van het drempelbedrag is in onderstaande tabel weergegeven. Hieruit blijkt dat in 2024 het drempelbedrag niet is overschreden.
Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren | |||||
---|---|---|---|---|---|
(x € 1.000,--) | Verslagjaar | ||||
(1) | Drempelbedrag | 7.516 | |||
Kwartaal 1 | Kwartaal 2 | Kwartaal 3 | Kwartaal 4 | ||
(2) | Kwartaalcijfer op dagbasis buiten ’s Rijks schatkist aangehouden middelen | 1 | 1 | 1 | 0 |
(3a) = (1) > (2) | Ruimte onder het drempelbedrag | 7.514 | 7.515 | 7.515 | 7.515 |
(3b) = (2) < (1) | Overschrijding van het drempelbedrag | - | - | - | - |
(1) Berekening drempelbedrag | |||||
(x € 1.000,--) | Verslagjaar | ||||
(4a) | Begrotingstotaal verslagjaar | 375.783 | |||
(4b) | Het deel van het begrotingstotaal dat kleiner of gelijk is aan 500 miljoen | 375.783 | |||
(4c) | Het deel van het begrotingstotaal dat de 500 miljoen te boven gaat | 0 | |||
(1) = (4b) * 2% + | Drempelbedrag | 7.516 | |||
(2) Berekening kwartaalcijfer op dagbasis buiten ’s Rijks schatkist aangehouden middelen | |||||
(x € 1.000,--) | Verslagjaar | ||||
Kwartaal 1 | Kwartaal 2 | Kwartaal 3 | Kwartaal 4 | ||
(5a) | Som van de per dag buiten ’s Rijks schatkist aangehouden middelen (negatieve bedragen tellen als nihil) | 122 | 88 | 63 | 39 |
(5b) | Dagen in het kwartaal | 91 | 91 | 92 | 92 |
(2) = (5a) / (5b) | Kwartaalcijfer op dagbasis buiten ’s Rijks schatkist aangehouden middelen | 1 | 1 | 1 | 0 |
Liquide middelen
Liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Alle bankrekeningen staan volledig ter beschikking van de provincie. Omdat de provincie het geld verplicht moet stallen bij het Rijk, staat het grootste saldo van de eigen middelen bij uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar (onder de post Rekening-courantverhoudingen met het rijk). De middelen van de provincie Drenthe die zijn uitgezet bij het Nationaal Restauratiefonds (NRF), Stimuleringsfonds Volkshuisvesting (SVN) en het Groenfonds staan onder de post Rekening Courant verhoudingen overige niet-financiële instellingen.
(x € 1.000,--) | Boekwaarde 31 december 2024 | Boekwaarde 31 december 2023 |
---|---|---|
Banksaldi | ||
ABN-AMRO | 0 | 45 |
ING Zakelijke rekeningen | 0 | 1 |
Totaal liquide middelen | 0 | 46 |
Overlopende activa
De overlopende activa zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. De in de balans opgenomen nog te ontvangen voorschotbedragen, die ontstaan zijn door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel, kunnen als volgt worden gespecificeerd.
(x € 1.000,--) | Saldo | Saldo |
---|---|---|
De voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel, nog te ontvangen van: | ||
Europese overheidslichamen | 0 | 0 |
Het Rijk | 0 | 26 |
Overige Nederlandse overheidslichamen | 2.552 | 3.707 |
Totaal voorschotbedragen | 2.552 | 3.733 |
Overige nog te ontvangen bedragen | 27.564 | 26.884 |
Vooruitbetaalde bedragen die ten laste van volgende begrotingsjaren komen | 39.066 | 35.599 |
Totaal overlopende activa | 69.182 | 66.217 |
De overige nog te ontvangen bedragen (€ 27,6 miljoen) bestaan uit de vordering op het Btw compensatiefonds van € 18,9 miljoen. Ook ontvangen we nog rente van het 4e kwartaal Rijksschatkistbankieren van 2,3 miljoen. En er is nog een bedrag van € 5,5 miljoen die Prolander namens de provincie voor projecten moet factureren bij medefinanciers. De rest van de vorderingen bedraagt €0,9 miljoen.
De vooruitbetaalde bedragen (€ 39,1 miljoen) bestaan voor € 7,9 miljoen uit vooruitbetaalde voorschotten subsidieregelingen die het SNN voor ons uitvoert. Daarnaast is in verband met de regelgeving van lastneming subsidies een bedrag van € 15,7 miljoen als vooruitbetaald verantwoord. Dit geld is al als voorschot betaald, maar de last moet meerjarig worden genomen. Ook zijn er voor Specifieke uitkeringen € 7,4 miljoen aan kosten gemaakt, waarvan we nog inkomsten ontvangen. Tenslotte zijn er vooruitbetalingen gedaan op facturen en subsidies 2025 voor een bedrag van € 8,1 miljoen.
Hieronder wordt de voorgeschreven specificatie gegeven van de voorschotbedragen van voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel.
(x € 1.000,--) | Saldo | Toevoegingen | Ontvangen bedragen | Saldo |
---|---|---|---|---|
Het Rijk | ||||
E 32 SPUK Aanpak piekbelasting | 26 | 26 | 0 | |
Overige Nederlandse overheidslichamen | ||||
Bodemsaneringen | 350 | -116 | 223 | 11 |
Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (deel waterschap) | -39 | 449 | 410 | |
Regio Deal Natuur | 443 | 443 | 0 | |
Fysieke investeringen voor industriële verwerking van agrarische producten provincie Groningen (Trappenhuis) | 224 | 224 | ||
POP3 samenwerken voor innovatie provincie Groningen | 1.776 | 1.776 | ||
GRO6C Regio Deal Natuur Inclusieve Landbouw Noord Nederland | 489 | 489 | 0 | |
SNN regeling Kansen verzilveren | 159 | 99 | 60 | |
SNN regeling Isoleerprogramma Drenthe | 239 | 239 | 0 | |
Gezamenlijke beschikkingen projectsubsidies (deel gemeente Emmen) | 31 | 31 | ||
Provinciaal Werkgelegenheidsregister | 36 | 41 | 36 | 41 |
Totaal van Europese en Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel | 3.734 | 374 | 1.555 | 2.552 |
Vaste passiva
Algemeen
Hieronder is bij de diverse onderdelen van de vaste passiva een toelichting gegeven. De vaste passiva zijn gewaardeerd tegen nominale waarde, tenzij bij het betreffende balanshoofd anders staat vermeld. Alle bedragen in de tabellen van deze paragraaf zijn gedeeld door € 1.000,--.
Eigen vermogen
(x € 1.000,--) | Boekwaarde | Boekwaarde |
---|---|---|
31 december 2024 | 31 december 2023 | |
Reserves, gespecificeerd naar: | ||
– algemene reserve | 43.885 | 38.944 |
– bestemmingsreserve | 375.146 | 364.706 |
Het gerealiseerde resultaat volgend uit het overzicht van baten en lasten in de jaarrekening | 33.151 | 22.132 |
Totaal eigen vermogen | 452.182 | 425.782 |
In het BBV worden reserves omschreven als vermogensbestanddelen die als eigen vermogen zijn aan te merken en die vanuit bedrijfseconomisch oogpunt vrij te besteden zijn. De vaststelling van de noodzakelijke omvang van reserves is de verantwoordelijkheid van Provinciale Staten. Daarom worden reserves ook wel onderverdeeld in algemene en bestemmingsreserves. Zodra Provinciale Staten aan een reserve een bepaalde bestemming hebben gegeven, is er sprake van een bestemmingsreserve. Om die reden kunnen bestemmingsreserves naar de situatie ultimo verslagjaar geen negatieve stand kennen. Heeft een reserve geen bestemming dan wordt het een algemene reserve genoemd. Zowel reserves als voorzieningen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Een gedetailleerd overzicht van alle reserves is opgenomen aan het eind van deze paragraaf. Voor de aard en reden van elke reserve en de toelichting op de toevoegingen en onttrekkingen verwijzen we naar pagina 299 en verder.
Voorzieningen
Voorzieningen behoren tot het vreemd vermogen (schulden) van de provincie. Om die reden kunnen voorzieningen naar de situatie ultimo verslagjaar geen negatieve stand kennen. Voorzieningen worden gewaardeerd op de contante waarde/het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. Voorzieningen worden gevormd indien er sprake is van:
- verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs is te schatten;
- op de balansdatum bestaande risico’s ter zake van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is te schatten;
- kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong vindt in het begrotingsjaar of in een voorafgaand begrotingsjaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren;
- bijdragen (spaarcomponent) aan toekomstige vervangingsinvesteringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing wordt geheven;
- middelen verkregen van derden, die specifiek besteed moeten worden, met uitzondering van de voorschotbedragen verkregen van Europese en Nederlandse overheidslichamen met een specifiek bestedingsdoel, die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren.
De vorming van een voorziening, dan wel een dotatie aan een reeds bestaande voorziening, is als een last in het betreffende boekjaar verantwoord. Alle aanwendingen aan voorzieningen zijn rechtstreeks ten laste van de voorziening gebracht en in het verslagjaar niet ten laste van de exploitatie verantwoord. Aan voorzieningen ter egalisatie van (onderhouds)lasten van kapitaalgoederen over meerdere begrotingsjaren ligt een actueel (beheer)plan ten grondslag. Uitgevoerd achterstallig onderhoud is daarbij ten laste van de exploitatie verantwoord. Deze lasten zijn niet ten laste van de gevormde voorziening gebracht. Voorzieningen worden niet gevormd voor jaarlijks terugkerende aan arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume. Voor het bepalen van het “jaarlijks vergelijkbaar volume” is een tijdsperiode van vier jaar gehanteerd
In de toelichting op de balans is een overzicht opgenomen van het verloop van de voorzieningen per categorie en is bij elke voorziening een specificatie opgenomen met o.a. een toelichting op de reden waarom een voorziening is ingesteld, de bestedingen t.l.v. de voorziening, etc.
Vlottende passiva
Algemeen
Hieronder is bij de diverse onderdelen van de vlottende passiva een toelichting gegeven. De vlottende passiva zijn gewaardeerd tegen nominale waarde, tenzij bij het betreffende balanshoofd anders staat vermeld. Alle bedragen in de tabellen van deze paragraaf zijn gedeeld door € 1.000,--.
Netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar
De netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.
(x € 1.000,--) | Boekwaarde 31-12-2024 | Boekwaarde 31-12-2023 | Ontwikkeling |
---|---|---|---|
Overige schulden | 18.779 | 7.484 | 11.295 |
Rekening-courantsaldi | 10.053 | 7.892 | 2.161 |
Totaal | 28.832 | 15.376 | 13.456 |
Overige schulden
De overige schulden en rekening-courantsaldi zijn met € 13,5 miljoen toegenomen. Dit komt voornamelijk doordat de post crediteuren met € 10,5 miljoen is gestegen. De belangrijkste reden hiervan is dat er in de openstaande post 5 grote facturen/subsidies voorkomen.
De saldi van diverse rekeningen-courant hebben voornamelijk betrekking op Europese of regionale projecten, waarvoor de provincie de administratie voert. Er staat eind 2024 nog een saldo van € 10,1 miljoen als schuld open (nog besteding van ontvangen bedragen). Dit is een toename van € 2,2 miljoen ten opzichte van eind 2023. De posten met het grootste saldo betreffen de rekeningen-courant Aandeelhouders NOM. Het gaat hierom een bedrag van € 4,4 miljoen. Dit betreft het saldo van de zogenaamde “terugploegkorting”, dat bedongen is bij de aankoop van de aandelen van de NOM. Dat bedrag zal door de aandeelhouders van de NOM worden besteed ter stimulering van het (innovatieve) MKB in Noord-Nederland en staat bij de provincie tijdelijk op de rekening.
(x € 1.000,--) | Boekwaarde 31-12-2024 | Boekwaarde 31-12-2023 | Ontwikkeling |
---|---|---|---|
Aandeelhouders NOM | 396 | 396 | 0 |
Aandeelhouders NOM (terugploegkorting gezamenlijk) | 356 | 446 | -90 |
Aandeelhouders NOM (terugploegkorting Groningen) | 0 | 0 | 0 |
Aandeelhouders NOM (terugploegkorting Friesland) | 25 | 25 | 0 |
Aandeelhouders NOM (terugploegkorting Drenthe) | 3.600 | 3.600 | 0 |
Totaal | 4.377 | 4.466 | -90 |
Overlopende passiva
(x € 1.000,--) | Saldo | Saldo |
---|---|---|
Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen, met uitzondering van jaarlijks terugkerende aan arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume | 53.098 | 68.398 |
De voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel, ontvangen van: | ||
Europese overheidslichamen | 29 | |
Het Rijk | 361.263 | 140.472 |
Overige Nederlandse overheidslichamen | 26.541 | 22.133 |
Totaal voorschotbedragen | 387.833 | 162.605 |
Overige vooruitontvangen bedragen die ten bate van volgende begrotingsjaren komen | 8.573 | 18.106 |
Totaal overlopende passiva | 449.504 | 249.109 |
* Omdat de RVO vorderingen (openbare lichamen) niet gelijktijdig zijn met de schulden RVO is dit bij de activa en passiva apart gepresenteerd en moest voor de vergelijkbaarheid ook de balansverschuiving 2023 worden doorgevoerd |
Verplichtingen
De provincie heeft nog € 53,1 miljoen aan verplichtingen op de balans staan. Vorig jaar was het saldo nog € 68,4 miljoen. Dat is daling van € 15,3 miljoen. Er is € 16,1 miljoen aan openstaande verplichtingen bij gekomen in 2024 (waarvan 6,1 miljoen RVO) en er is € 31,4 miljoen aan verplichtingen afgewikkeld.
(x € 1.000,--) | Saldo | Ontvangen bedragen | Vrijgevallen bedragen | Terug- betalingen | Saldo |
---|---|---|---|---|---|
Europese overheidslichamen | |||||
European Circular Innovation Valley | 0 | 29 | 29 | ||
Het Rijk | |||||
Bodemsaneringen | 964 | 467 | 497 | ||
Kennisbudget Uitvoeringsprogramma Bodem en Onderhoud | 30 | 30 | |||
E12 SPUK bermmaatregelen N-wegen | 758 | 240 | 98 | 421 | |
E15B SPUK Regionale Aanpak Laadinfrastructuur 2020-2023 | 42 | 1 | 41 | 0 | |
E17 SPUK Maas pilots | 42 | -97 | 139 | ||
J13 SPUK ontzorgingsprogramma maatschappelijk vastgoed | 360 | 360 | 1 | ||
L7 SPUK Regeling specifieke uitkering IBP-Vitaal Platteland | 125 | 54 | 70 | ||
E58 SPUK Tijdelijke regeling specifieke uitkering bodem overbruggingsjaar 2021 | 975 | 78 | 897 | ||
E20 SPUK Regeling stimulering verkeersveiligheidsmaatregelen 2020-2021 | 4.205 | -107 | 4.311 | ||
E56 SPUK Tijdelijke stimuleringsregeling doelmatig en duurzaam gebruik verkeersinfrastructuur 2021 | 251 | 204 | 47 | ||
E56B (Fryslân) SPUK Tijdelijke stimuleringsregeling doelmatig en duurzaam gebruik verkeersinfrastructuur 2021 | 169 | 0 | 169 | 0 | |
D13 SPUK Impuls regionale culturele infrastructuur verbreding en vernieuwing | 16 | 333 | 350 | 0 | |
L8 SPUK Regeling specifieke uitkeringen opkoop veehouderijen in verband met stikstofdepositie op natuurgebieden | 20.254 | 20.254 | |||
L16 SPUK Eenmalige specifieke uitkering Provinciaal Uitvoeringsprogramma Natuur | 39.142 | 16.681 | 22.461 | ||
J86 SPUK Maatschappelijk vastgoed | 718 | 862 | 220 | 1.360 | |
J210 SPUK Meerjarige regeling specifieke uitkering flexibele inzet woningbouw | 386 | 386 | 0 | ||
L25 SPUK versnellingsvoorstellen transitie landelijk gebied | 41.866 | 2.480 | 39.387 | ||
E44 SPUK Tijdelijke impulsregeling klimaatadaptatie, werkregio Fluvius | 1.518 | 2.999 | 567 | 3.950 | |
E83 SPUK Tijdelijke regeling specifieke uitkering bodemopgaven 2022 | 868 | 376 | 492 | ||
E84 SPUK Rotonde BuBeKo (stimulering verkeersveiligheidsmaatregelen 2022/2023) | 294 | 294 | |||
E87 Toekenningsbeschikking Tijdelijke regeling stimuleren maatregelen 2e fase Deltaprogramma | 3.757 | 2.101 | 464 | 5.394 | |
J96 SPUK Regio Deal Zuid- en Oost-Drenthe II | 16.315 | 13.351 | 841 | 28.824 | |
J103 SPUK opstellen en uitvoeren van woondeals tweede tranche | 581 | 505 | 76 | ||
J117 SPUK versnelling natuurinclusief isoleren | 1.557 | 1.946 | 43 | 3.460 | |
L20 SPUK aanvullende aanpak nitraatuitspoeling uit agrarische bedrijfsvoering in specifieke grondwaterbeschermingsgebieden provincie Drenthe | 69 | 69 | |||
E97 SPUK bodem 2023 | 276 | 59 | 217 | ||
L27 SPUK provinciale maatregelen PAS-melders | 4.172 | 1.006 | 3.166 | ||
L29 SPUK capaciteit natuurmonitoring | 122 | 122 | 0 | ||
L31 SPUK uitvoering BO nitraat | 217 | 217 | |||
K28 Tijdelijke regeling capaciteit decentrale overheden voor klimaat- en energiebeleid | 0 | 2.896 | 52 | 2.844 | |
J95 SPUK regionale structuur Nationaal Programma Lokale Warmtetransitie | 426 | 300 | 513 | 213 | |
L32 SPUK Regeling uitvoering aanpak piekbelasting | 0 | 953 | 26 | 927 | |
L33 Specifieke uitkering Programma Natuur 2e fase | 0 | 47.496 | 47.496 | ||
L34 Regeling provinciale maatregelen landelijk gebied | 0 | 1.890 | 1.890 | 0 | |
L35 Gebiedsprocessen en maatregelen Regeling provinciale maatregelen landelijk gebied | 0 | 161.059 | 356 | 160.704 | |
L37 SPUK Pas-melders (RPMP2024) | 0 | 7.810 | 7.810 | ||
Kansrijk Noord ESF+ | 0 | 500 | 500 | ||
E103 Tijdelijke stimuleringsregeling slim, veilig, doelmatig en duurzaam gebruik van mobiliteitsinfrastructuur 2023-2027 | 0 | 22 | 22 | ||
E111 Regeling stimulering schoon en emissieloos bouwen voor medeoverheden | 0 | 6 | 6 | ||
E113 SPUK Tijdelijke regeling uitkering bodem 2024 | 0 | 1.429 | 393 | 1.036 | |
J118 Regeling specifieke uitkering ontzorgingsprogramma verduurzaming kleine en micro mkb-ondernemingen en bedrijventerreinen aan provincies. | 0 | 2.280 | 155 | 2.124 | |
J5 Regeling specifieke uitkering ten behoeve van het opstellen en uitvoeren van woondeals derde tranche | 0 | 584 | 584 | ||
J6 Flexibele inzet ondersteuning woningbouw (vierde tranche) | 0 | 896 | 896 | ||
C130 Compensatie VS Woo | 0 | 68 | 68 | ||
E74 Tijdelijke regeling specifieke uitkeringen decentraal spoor | 0 | 2.776 | 2.776 | 0 | |
G16 Rijksbijdrage grensinformatiepunten | 0 | 63 | 63 | 0 | |
Overige Nederlandse overheidslichamen | |||||
Regiodeal Zuid- en Oost Drenthe (aandeel gemeenten) | 3.442 | 2.060 | 1.382 | ||
Regiodeal Zuid- en Oost Drenthe II (aandeel gemeenten en prov. Overijssel) | 0 | 3.040 | 376 | 2.664 | |
Regionaal Mobiliteitsfonds RSP | 4.388 | 4.388 | |||
Bodemsaneringen | 681 | 681 | |||
SNN subsidie Bedrijvenregeling | 165 | -49 | 214 | ||
SNN subsidieregeling Vierkant voor werk/Dutch Techzone | 528 | -229 | 757 | ||
SNN kansen verzilveren | 45 | 45 | 0 | ||
GRO2C SPUK HUB Verkeer en vervoer Groningen | 281 | 116 | 165 | ||
Prov Groningen "Gelijkwaardige positie" m.b.t. o.a. vergoeding aan deelnemende agrariërs aan overlegtafels" | 2.692 | 67 | 2.625 | ||
E106B Regionale Aanpak Laadinfrastructuur | 55 | 1.451 | 479 | 1.027 | |
E87B SPUK tweede fase Deltaprogramma zoetwater | 2.329 | 1.413 | 203 | 3.539 | |
MIRT onderzoek Nedersaksenlijn | 500 | -50 | 94 | 356 | |
E17 SPUK Maas pilots (correctie) | 0 | -56 | 56 | ||
Regiovisie Groningen-Assen | 193 | 274 | 53 | 414 | |
Vooruitontvangen bijdragen derden investeringsprojecten (i.v.m. matching) | 6.748 | 173 | 6.575 | ||
Diverse bijdragen gemeenten/provincies projecten | 86 | 551 | 637 | ||
Deltaplan Agrarische Waterbeheer (DAW) - geen spuk | 0 | 55 | 55 | ||
GRO6C Regio Deal Natuur Inclusieve Landouw Noord Nederland | 0 | 1.376 | 369 | 1.007 | |
Totaal van de van EU en NL overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor specifieke uitkeringen die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren | 162.605 | 260.760 | 35.394 | 139 | 387.833 |
Niet in de balans opgenomen rechten/verplichtingen
Recht op verliescompensatie in het kader van de vennootschapsbelasting
Op dit moment is bij de provincie Drenthe nog steeds geen sprake van belastbare activiteiten in het kader van de vennootschapsbelasting. Dit betekent dat geen sprake is van recht op verliescompensatie in het kader van vennootschapsbelasting. De Belastingdienst heeft echter nog steeds geen definitief standpunt hierover ingenomen
Aan natuurlijke en rechtspersonen verstrekte borgstellingen of garantstellingen
De verstrekte garant- en borgstellingen kunnen als volgt worden gespecificeerd:
(x € 1.000,--) | Aard | Oorspronkelijk bedrag | Restant | Restant | Betalingen gedurende |
---|---|---|---|---|---|
Triodos Bank N.V. | Garantie | 1.200 | 1.200 | 1.200 | 0 |
Stichting Nationaal Warmtefonds | Garantie | n.b. | 85 | 69 | 0 |
Nationaal Groenfonds (inz. leningen pVSPN) | Garantie | n.b. | 4.679 | 4.508 | 0 |
Nationaal Groenfonds (inz. convenantsleningen) | Garantie | n.b. | 345 | 0 | 0 |
Totaal garantstellingen | 6.310 | 5.777 | 0 |
Niet in de balans opgenomen belangrijke financiële verplichtingen waaraan de provincie voor toekomstige jaren is verbonden
Niet uit de balans blijkende verplichtingen (NUBBV)
Op grond van artikel 53 van het BBV worden in de toelichting bij de balans opgenomen de niet in de balans opgenomen belangrijke financiële verplichtingen waaraan de provincie voor toekomstige jaren is gebonden. Het gaat hierbij om overeenkomsten die in het contractenregister zijn opgenomen voor € 6,6 miljoen.
Op 31 december 2024 zijn er nog meerjarige verplichtingen voor opdrachten en subsidies in de administratie vastgelegd van € 72,3 miljoen voor de jaren 2025 tot en met 2033 (waarvan die € 6,6 miljoen overeenkomsten per jaar onderdeel van uitmaken) . Dit bestaat uit € 32,3 miljoen aan opdrachten goederen en diensten en € 39,9 miljoen aan meerjarige subsidies (boekjaarsubsidies 2025 niet meegerekend). Ook zijn er bij de investeringen nog doorlopende meerjarige opdrachten van € 12,4 miljoen.
Overeenkomsten
Niet in de balans opgenomen belangrijke jaarlijkse financiële verplichtingen waaraan de provincie voor toekomstige jaren is verbonden (bedragen x € 1.000,--) | |
Beveiliging, receptie en telefonie | 378 |
---|---|
Multifunctionals | 42 |
Schoonmaak | 356 |
Autolease | 832 |
Verzekeringen | 158 |
Accountantskosten | 630 |
Elektriciteit en water | 299 |
Onderhoud hard- en software | 4.050 |
Totaal | 6.745 |
Bestuursakkoord Natuur
Regeling/Beheertype | Verplichtingen per 31-12-2024 |
---|---|
PSN; pakket 30 | 5.901.247 |
PSN tariefdossiers | 10.739.962 |
SKNL; pakket 50 | 2.897.632 |
SKNL; overig | 24.064.919 |
SVNL | 50.596.662 |
ANLB | 21.014.651 |
Totaal | 115.215.073 |
In de periode voorafgaand aan de ILG-periode 2007 – 2013 zijn de door de Dienst Regelingen (thans RVO; Rijksdienst voor Ondernemend Nederland), onderdeel van het Ministerie van Economische Zaken, verplichtingen aangegaan naar particulieren en terrein beherende organisaties voor de inrichting en beheer van nieuwe natuur. Daarnaast zijn verplichtingen voor functieverandering aangegaan zodat agrarische grond kon worden omgezet naar natuur. Als gevolg van de afronding van het Investeringsbudget Landelijk Gebied en het aangaan van het bestuursakkoord Natuur zijn deze verplichtingen overgegaan naar de provincies. Dit betekent dat de provincie verantwoordelijk is voor de uitfinanciering van de door RVO aangegane verplichtingen, in plaats van het Rijk. Door de Commissie Besluit Begroting en Verantwoording is besloten dat de verantwoordingswijze van subsidies die zijn verstrekt voor 1 januari 2014 ongewijzigd blijft. Dit betekent dat de jaarlijks uitbetaalde jaarschijf wordt verantwoord als last en de resterende verplichting wordt toegelicht onder de niet in de balans opgenomen verplichtingen. Verder zijn van de nieuwe 6-jarige beheer contracten,de verplichtingen voor toekomstige beheerjaren meegenomen in het bovenstaande overzicht van niet uit de balans blijkende verplichtingen.
Aansprakelijkstelling
Een tweetal biovergisters hebben de provincie aansprakelijk gesteld voor vermeend geleden schade ten gevolge van een brief van 12 oktober 2023, waarbij zij geïnformeerd zijn over de juridische consequenties van de aanwezigheid van amfetamine in het digestaat. In verband met deze constatering hebben deze vergisters gemeend de bedrijfsvoering stil te moeten leggen. De schade is begroot op een bedrag van totaal tussen € 12 en € 13 miljoen. De beoordeling en afhandeling van de claims is in handen van de verzekeraar, in afwachting van de uitkomst van de beroepsprocedure tegen de brief van 12 oktober 2023.
Gebeurtenissen na balansdatum
Bij het opmaken van de jaarrekening is geen sprake van gebeurtenissen na balansdatum die op grond van het BBV moeten worden verwerkt en/of toegelicht in de jaarrekening.
Hierna volgt een gedetailleerd overzicht van alle reserves en voorzieningen.
Totaaloverzicht Reserves en voorzieningen | ||||||||
Nummer | Omschrijving | Saldo 31 dec. 2023 na bestemming resultaat reserves | 2024 Begrote rente | 2024 Begrote vermeerde- ringen | 2024 Begrote verminderingen | Saldo 31 dec. 2024 voor bestemming resultaat reserves | 2024 Resultaat op reserves | Saldo 31 dec. 2024 na bestemming resultaat reserves |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Algemene reserves | ||||||||
R001 | Reserve voor algemene doeleinden | 5.021.950 | 0 | 15.711.251 | 3.498.899 | 17.234.302 | 0 | 17.234.302 |
R002 | Saldireserve | 20.249.868 | 0 | 6.875.610 | 19.182.184 | 7.943.294 | 0 | 7.943.294 |
R004 | Risicoreserve | 18.707.500 | 0 | 0 | 0 | 18.707.500 | 0 | 18.707.500 |
Totaal algemene reserves | 43.979.318 | 0 | 22.586.861 | 22.681.083 | 43.885.096 | 0 | 43.885.096 | |
Bestemmingsreserves | ||||||||
R112 | Reserve versterking economische structuur | 2.504.833 | 0 | 1.850.000 | 2.009.000 | 2.345.833 | 3.831.548 | 6.177.381 |
R123 | Reserve provinciaal aandeel ILG | 5.952.197 | 0 | 3.962.838 | 9.626.253 | 288.782 | 335.555 | 624.337 |
R124 | Reserve Regio Specifiek Pakket | 1.218.980 | 0 | 75.000 | 187.449 | 1.106.531 | 112.449 | 1.218.980 |
R125 | Financieringsreserve | 119.909.796 | 0 | 19.804.180 | 25.149.807 | 114.564.169 | 0 | 114.564.169 |
R127 | Cofinancieringsreserve Europa | 11.582.149 | 0 | 4.000.000 | 4.219.738 | 11.362.411 | 1.034.916 | 12.397.327 |
R128 | Reserve opvang revolverend financieren | 20.470.973 | 0 | 0 | 0 | 20.470.973 | 10.000 | 20.480.973 |
R129 | Reserve natuurbeleid | 73.395.787 | 0 | 36.699.306 | 48.302.518 | 61.792.575 | 24.741.593 | 86.534.168 |
R131 | Reserve groot (variabel) onderhoud wegen en vaarwegen | 9.655.738 | 0 | 7.858.011 | 4.143.403 | 13.370.346 | -1.252.753 | 12.117.593 |
R132 | Reserve investeringsbijdrage Groningen Airport Eelde | 3.660.760 | 0 | 245.000 | 2.083.000 | 1.822.760 | 21.341 | 1.844.101 |
R133 | Reserve uitvoering generatiepact | 520.352 | 0 | 250.268 | 709.492 | 61.128 | 36.907 | 98.035 |
R134 | Reserve persoonlijk ontwikkelbudget (POB) | 345.633 | 0 | 0 | 345.633 | 0 | 0 | 0 |
R135 | Reserve investeringsagenda 2019-2023 | 6.116.666 | 0 | 0 | 3.116.666 | 3.000.000 | 0 | 3.000.000 |
R136 | Reserve Regiodeal Zuid- en Oost-Drenthe | 4.095.423 | 0 | 1.931.250 | 4.095.423 | 1.931.250 | -998.082 | 933.168 |
R137 | Reserve verstrekte subsidies | 30.346.279 | 0 | 5.979.184 | 13.300.992 | 23.024.471 | 7.687.717 | 30.712.188 |
R139 | Reserve mobiliteit | 79.850.935 | 0 | 20.078.723 | 52.044.141 | 47.885.517 | 3.375.428 | 51.260.945 |
R140 | Reserve bodem | 9.676.029 | 0 | 648.372 | 740.150 | 9.584.251 | 311.612 | 9.895.863 |
R141 | Reserve cofinanciering onrendabele toppen woningbouw | 2.500.000 | 0 | 2.500.000 | 500.000 | 4.500.000 | 224.000 | 4.724.000 |
R142 | Reserve wettelijke boscompensatie | 0 | 0 | 963.580 | 119.577 | 844.003 | 0 | 844.003 |
R143 | Kapitaallastenreserve verdiepte ligging rondweg Emmen | 0 | 0 | 10.565.000 | 0 | 10.565.000 | 0 | 10.565.000 |
R144 | Reserve restauratie en herbestemming Koloniën van Weldadigheid | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
R145 | Kapitaallasten Norgerbrug | 0 | 0 | 7.153.337 | 0 | 7.153.337 | 0 | 7.153.337 |
Totaal bestemmingsreserves | 381.802.529 | 0 | 124.564.049 | 170.693.242 | 335.673.336 | 39.472.231 | 375.145.567 | |
Totalen algemene en bestemmingsreserves | 425.781.847 | 0 | 147.150.910 | 193.374.325 | 379.558.432 | 39.472.231 | 419.030.663 |
Nummer | Omschrijving | Saldo 31 dec. 2023 | 2024 Vrij- gevallen bedragen | 2024 Toevoegingen | 2024 Aanwendingen | 31 dec. 2024 Begroot | 2024 Resultaat ten opzichte van begroting | Saldo 31 dec. 2024 |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Voorzieningen middelen derden | ||||||||
Z100 | Voorziening spaarhypotheken | 867.470 | 0 | 54.000 | 108.000 | 813.470 | -116.641 | 696.829 |
Z111 | Voorziening monitoring voormalige stortplaatsen | 1.043.606 | 0 | 0 | 0 | 1.043.606 | 0 | 1.043.606 |
Z112 | Voorziening Grondwaterheffing | 1.204.573 | 0 | 800.000 | 800.000 | 1.204.573 | 259.901 | 1.464.474 |
Totaal voorzieningen middelen derden | 3.115.649 | 0 | 854.000 | 908.000 | 3.061.649 | 143.260 | 3.204.909 | |
Voorzieningen ter egalisering van kosten | ||||||||
Z003 | Voorziening groot onderhoud provinciehuis | 2.448.404 | 0 | 361.623 | 928.761 | 1.881.266 | 666.857 | 2.548.123 |
Z004 | Voorziening groot onderhoud Drents Museum | 659.799 | 0 | 650.606 | 684.439 | 625.966 | 63.163 | 689.129 |
Z005 | Voorziening groot onderhoud Depot Drents Museum | 222.324 | 0 | 156.250 | 1.026 | 377.548 | -42.278 | 335.270 |
Z006 | Voorziening meerjaren onderhoud Huize Tetrode | 74.661 | 0 | 0 | 0 | 74.661 | 4.859 | 79.520 |
Z007 | Voorziening meerjaren onderhoud HHR | 188.494 | 0 | 52.614 | 107.937 | 133.171 | 107.937 | 241.108 |
Z008 | Voorziening meerjaren onderhoud Steunpunten | 691.469 | 0 | 74.250 | 360.546 | 405.173 | 296.939 | 702.112 |
Z009 | Voorziening achterstallig onderhoud Drents Museum | 900.900 | 25.804 | 300.000 | 0 | 1.226.704 | 0 | 1.226.704 |
Totaal voorzieningen ter egalisering van kosten | 5.186.051 | 25.804 | 1.595.343 | 2.082.709 | 4.724.489 | 1.097.477 | 5.821.966 | |
Voorzieningen verplichtingen, verliezen en risico's | ||||||||
Z200 | Voorziening verwacht verlies zandwinning Huttenheugte | 261.694 | 0 | 0 | 0 | 261.694 | 165.946 | 427.640 |
Z202 | Voorziening spaarverlof | 5.276.578 | 0 | 1.239.000 | 0 | 6.515.578 | 57.645 | 6.573.223 |
Z201 | Voorziening Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (Appa) | 7.419.801 | 0 | 385.000 | 450.000 | 7.354.801 | 1.549.463 | 8.904.264 |
O810 | Wachtgeld oud GS-leden | 776.690 | 0 | 0 | 378.987 | 397.703 | -227.539 | 170.164 |
O814 | Voorziening Regeling Vervroegd Uittreden (RVU) | 0 | 0 | 418.000 | 55.000 | 363.000 | -273.462 | 89.538 |
Totaal voorzieningen verplichtingen, verliezen en risico's | 13.734.763 | 0 | 2.042.000 | 883.987 | 14.892.776 | 1.272.053 | 16.164.829 | |
Totalen alle voorzieningen | 22.036.464 | 25.804 | 4.491.343 | 3.874.696 | 22.678.915 | 2.512.790 | 25.191.705 | |
Totaal reserves en voorzieningen | 447.818.311 | 25.804 | 151.642.253 | 197.249.021 | 402.237.347 | 41.985.021 | 444.222.368 |